
Vijf argumenten tegen internettaps
Nederland is al kampioen telefoontaps en vergroot die voorsprong met internettaps. Alleen is het afluisteren van internetverkeer geen effectief middel voor misdaadbestrijding. Vijf argumenten tegen.
Nederland is al kampioen telefoontaps en vergroot die voorsprong met internettaps. Alleen is het afluisteren van internetverkeer geen effectief middel voor misdaadbestrijding. Vijf argumenten tegen.

Vijf argumenten tegen internettaps
Nederland is al kampioen telefoontaps en vergroot die voorsprong met internettaps. Alleen is het afluisteren van internetverkeer geen effectief middel voor misdaadbestrijding. Vijf argumenten tegen.
Het tappen van internetverkeer is al jaren een heikel punt. Het aantal telefoontaps is sinds 2008 uiteindelijk wel onthuld. Over internettaps werd niets bekend gemaakt. Eerst omdat de staatsveiligheid in het geding zou zijn, later omdat het technisch niet mogelijk zou zijn. Het KLPD registreerde het niet.
Eind november is beloofd dat er dit jaar enige openheid komt over de hoeveelheid taps. Er wordt dan alleen inzicht geboden in de hoeveelheid taps door de politie. Cijfers van de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst (AIVD) en de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD) blijven onder de pet.
Uit cijfers van de stichting Nationale Beheersorganisatie Internet Providers (NBIP) bleek eerder deze week dat in Nederland minimaal 335 taps zijn geplaatst in 2009. Geëxtrapoleerd zou dit in totaal neerkomen op minimaal 3350 taps per jaar in Nederland, een stijging van 385 procent sinds 2006.
De onthulling leidde tot ongeruste Kamervragen van de SP en GroenLinks. De VVD vindt deze ontwikkeling echter logisch, en vindt dat Justitie juist te weinig doet. De partij bepleit meer mankracht en technologie voor deze opsporingsmethode. Er moet meer capaciteit komen om internettaps uit te voeren, aldus de VVD. En uitgebreid tappen bij een kring van kennissen om een verdachte heen is noodzakelijk. Maar dit was beslist géén pleidooi voor meer internettaps, bezweerde de partij naderhand geschrokken.
Maar meer of niet meer, de vraag is is of het überhaupt wel zin heeft. Plus, er kleven fundamentele én praktische bezwaren aan het tappen van internetverbindingen. We zetten er vijf op een rij.
Hooiberg
Doordat al het internetverkeer wordt getapt, zitten de opsporingsdiensten met een berg aan data. Een hooiberg waarin zij dan maar de speld moeten vinden van bijvoorbeeld die ene conversatie van die ene verdachte met die andere figuur. De overheid krijgt zoveel data binnen van de providers dat het erg moeilijk wordt om er iets nuttigs tussen te vinden. Alle rauwe data moet doorzocht worden.
Eenvoudig ontduiken
De middelen om een internettap te omzeilen zijn legio. Bovendien zijn die echt niet moeilijk om uit te voeren en worden ze zelfs standaard al veel gebruikt. Encryptie klinkt wellicht complex voor de gemiddelde Nederlander, maar iedereen kent wel Skype en kan het gebruiken. Die VoIP-software gebruikt een eigen, versleuteld protocol, wat in ieder geval de Russische overheid al een doorn in het oog is. Andere encryptie-opties zijn een eenvoudige https-verbinding met webmail zoals Gmail, een eigen VPN of een compleet versleutelde verbinding via een systeem als Tor.
Naast de technische aanpak is er ook de analoge. Ouderwets de grens overgaan. Het tappen geldt immers alleen voor Nederland. Net over de grens in België of Duitsland gaan wonen, is afdoende om het helemaal te omzeilen. Maar zo ver hoeft een crimineel het niet eens te zoeken. Die haakt gewoon aan bij het draadloze netwerk van de buren. Of gaat naar een internetcafé. Klaar.
Naw is niet verdachte
Het tappen gebeurt bij de internetaansluiting van de verdachte. Klinkt logisch, maar vaak wordt een tap gezet op basis van naw-gegevens; naam, adres en woonplaats. Dus het huis of bedrijfspand met de internetaansluiting van de verdachte. Elke huisgenoot, familielid, medewerker en personeelslid wordt gelijk meegetapt. Elk bezoekje aan Libelle.nl van je moeder of vrouw, elke bekeken YouTube-video, elke download uit nieuwsgroepen, elke bezochte site en geuite communicatie gaat mee. Dat vergroot alleen maar de bovengenoemde hooiberg aan data. Een schot digitale hagel van de politie.
Privacyschending door sleepnet
Bovendien vormt de brede aanpak, door alles te tappen van een huisadres of een specifiek ip-adres, nóg een probleem. In dit sleepnet worden meer vissen gevangen. Er worden ook mensen getapt die helemaal geen verdachte zijn en mogelijk ook niet direct met de verdachte te maken hebben. Dat gaat verder dan huisgenoten en collega's; ook familieleden en vrienden kunnen meegenomen worden in een tapoperatie. De privacy van die mensen wordt daarmee ernstig geschonden, alleen omdat iemand in hun omgeving verdachte is. Hetzelfde geldt overigens voor telefoontaps. De vereiste proportionaliteit (heiligt het doel het middel?) en subsidiariteit (kan het echt niet anders?) zijn hier al heel snel zoek.
Effectiviteit?
Tot slot is de effectiviteit van tappen in het algemeen, en het grove internettappen in het bijzonder, nog altijd niet aangetoond. Leidt meer tappen tot meer aanhoudingen en tot meer opgeloste misdaden of het voorkomen van terreurdaden? Niemand die het weet. "Deze minister heeft nog steeds niet kunnen bewijzen dat hoe meer taps er zijn hoe meer boeven er worden gevangen", kaart SP-Kamerlid Arda Gerkens dit probleem aan.
Maar uit meerdere onderzoeken is volgens de minister zonneklaar gebleken dat aftappen 'een effectief opsporingsmiddel' is. Deze onderzoeken tonen aan dat met name de van de tap afgeleide resultaten 'sturing geven aan het rechercheonderzoek', schreef Hirsch Ballin eerder aan de Kamer.
Maar er wordt op geen enkele kwantitatieve manier bijgehouden of een tap ook daadwerkelijk heeft geleid tot een bijdrage in de opsporing, vervolging en veroordeling van verdachten. Ook van het aantal taps dat achteraf door de zittingsrechter alsnog als onrechtmatig wordt geoordeeld, wordt geen cijfermateriaal bijgehouden, erkent de minister. Dit geldt voor telefoontaps, en helemaal voor internettaps.
Dus is het wachten op het volgende WODC-onderzoek naar tapgedrag van Justitie, dat de minister toezegde afgelopen november. Dat kan nog wel even duren. En de toegezegde rapportage van het het aantal internettaps door Justitie? Die komt niet het derde kwartaal van dit jaar, maar begin 2011, meldt het departement.
Oplossing: iedereen die getapt wordt, wordt achteraf hiervan in kennis gesteld (duur, reden, resultaat). En elke tap wordt anoniem, centraal gepubliceerd.
Het woord tappen krijgt door dit gedoe wel een heel vervelende bijklank. De lol in de samenleving gaat er zo wel af. Ik ben niet tegen veel tappen, maar dan wel van bier, moppen of melk e.d.
De minister heeft een hele dikke duim waar ie op zuigt
@23JUL .. briefgeheim :
* lid 1. Het briefgeheim is onschendbaar, behalve, in de gevallen bij de wet bepaald, op last van de rechter.
* lid 2. Het telefoon- en telegraafgeheim is onschendbaar, behalve, in de gevallen bij de wet bepaald, door of met machtiging van hen die daartoe bij de wet zijn aangewezen.
let op de 'behalves', die stammen nog uit de tijd dat je in Nederland pas als verdachte werd aangemerkt als er 'redelijk vermoeden was dat iemand een stafbaar feit had gepleegd' Zoals je weet heeft de nederlandse justitie (Fred Teeven, o.a.) dat voorbehoud voor hun eigen gemak (ander is boeven vangen wel moeilijk hoor ;) maar onder het vloerkleed geveegd. Iedereen is gewoon bijvoorbaat verdacht, dus bestaat briefgeheim/alles wat met privacy te maken heeft in feite hier niet meer.
Maar hoe zit het dan met het briefgeheim?
Hoe kan het dat de digitale variant daar simpelweg zomaar uitgemanoeuvreerd is?
Sterker, kan ik, wanneer nodig, mijn eigen bestanden terugkijken van deze ongevraagde backup-dienst?
Het is met andere woorden de grootste mogelijke flauwekul. Men kletst gewoon uit z'n nek en de Tweede Kamer heeft het te druk om eindelijk eens echt door te pakken over dit zeker niet onbelangrijke onderwerp. En zo glijdt ons land steeds verder af naar een de facto politiestaat!
Natuurlijk is het wel geregistreerd. De ISP's sturen er rekeningen voor, en die landen bij de financiele afdelingen van de verschillende opsporingsdientsten. Dat alleen al is een goede bron voor deze cijfers. De ISP's geven die factuur vervolgens op bij de belastingdienst.. alweer een bron! Technisch onmogelijk is inderdaad kul.
De minister heeft ongetwijfeld genoeg relevante cijfers tot zijn beschikking, maar dit willen ze simpelweg niet met ons delen. Ze maken mij echt niet wijs dat ze het zelf ook niet weten. En mocht dat wel het geval zijn, dan wordt het tijd dat er een nieuwe minister wordt aangesteld die wel een oogje in het zeil houdt want dat kan gewoon echt niet!
Waarom zouden dergelijke cijfers de staatsveiligheid in het geding brengen, terwijl het nota bene om kwantitatieve informatie gaat? We vragen ze toch zeker niet om complete lijsten met NAW-gegevens van de verdachten en mede-afgetapte personen, compleet met de daadwerkelijke afgetapte data? We vragen slechts om cijfers, zoals die ons ook aangeboden worden voor bijvoorbeeld verkeersongevallen.
En waarom zou het technisch niet mogelijk zijn? Desnoods gaat de minister zelf er lekker op los turven. Dat het technisch niet mogelijk is is echt een ongelofelijk non-argument. Weet de minister het dan zelf ook gewoon niet, alleen omdat de KLPD het zogenaamd niet registreert? Waarom registreren zij het dan in vredesnaam niet? Dat zou namelijk een zeer kwalijke zaak zijn! En als minister-zijnde moet het toch zeker ook mogelijk zijn om het KLPD daarvoor op de vingers te tikken en het ze voortaan wel te laten doen (er even vanuit gaande dat ze het daadwerkelijk niet registeren)?
Het is meten met twee maten. Het is hypocriet. Het is tegenstrijdig. Aan de ene kant zeggen dat het een effectief middel is, maar het aan de andere kant (zogenaamd/zogezegd) niet kunnen onderbouwen met accurate en waarheidsgetrouwe cijfers.
I'm not buying it in ieder geval.
Maar er wordt op geen enkele kwantitatieve manier bijgehouden of een tap ook daadwerkelijk heeft geleid tot een bijdrage in de opsporing, vervolging en veroordeling van verdachten. Ook van het aantal taps dat achteraf door de zittingsrechter alsnog als onrechtmatig wordt geoordeeld, wordt geen cijfermateriaal bijgehouden, erkent de minister. Dit geldt voor telefoontaps, en helemaal voor internettaps.
Laat ik maar beginnen:
Hoe kan een minister zeggen dat aftappen 'een effectief opsporingsmiddel' is, gebaseerd om meerdere onderzoeken nog wel, en tegelijkertijd geen cijfermateriaal hebben om dit te onderbouwen.
Wat voor onderzoeken zijn dit dan geweest? Wat was de kwaliteit van die onderzoeken? En wat was de opdracht van de onderzoekers?
Hoe meet je effectiviteit? Door het aantal taps (een cijfer) onder te verdelen in taps die in een onderzoek tot een resultaat leidden, en taps die niets opgeleverd hebben. (Weer cijfers). Daar voeg je dan de gemaakte kosten (ook de onbetaalde rekeningen van de ISPs) aan toe (weer cijfers) en je kunt dan pas tot een conclusie komen dat het een effectieve methode is, of juist niet.
Voor hetzelfde geld kan justitie of de AIVD dezelfde resultaten behalen door extra mensen de straat op te sturen, en toch nog goedkoper zijn. Voor een goede onderbouwing zijn cijfers nodig.
Cijfers die de minister niet heeft (aldus de minister). Hoe kan dit?
Hoe wil de minister sturing geven aan zijn ministerie en de geassocieerde organisaties zonder stuurgegevens (weer cijfers)?
Reageer
Preview